Fragment
A
1. Afkorting van arteria of slagader; 2. Ontkennend voorvoegsel, bijv. Aseptisch: niet besmettelijk; 3. Bloedgroep uit het abo-systeem.
AA
Afkorting van anonieme alcoholici; vereniging die hulp biedt aan personen die aan alcohol verslaafd zijn. Aa-werkgroepen nemen onder andere contact op met patiënten die zijn opgenomen in klinieken, en zij organiseren groepsbijeenkomsten.
Aambeeld
Een van de drie gehoorbeentjes in het oor; de andere twee heten hamer en stijgbeugel. Deze namen hebben ze gekregen op grond van hun uiterlijke vorm.
Aambeien
Aambeien zijn gezwollen weefsels met bloedvaten die zich in de wand van de endeldarm en de anus bevinden. Aambeien kunnen ontstoken raken, bloeden, groter worden en uitstulpen en er kan een bloedstolsel in ontstaan. Aambeien die in de anus blijven heten inwendige aambeien en aambeien die buiten de anus uitstulpen, worden uitwendige aambeien genoemd. Aambeien kunnen zich ontwikkelen door herhaald ‘persen’ tijdens de stoelgang, wat door obstipatie nog kan worden verergerd. Aambeien kunnen soms ook een gevolg zijn van een leveraandoening waarbij de bloeddruk in de poortader toeneemt. Aambeien hoeven doorgaans niet te worden behandeld, tenzij ze klachten veroorzaken. Gebruik van emollientia of glijmiddelen (laxeermiddelen) of psyllium (volumevergrotend middel) kan de obstipatie en het daarmee gepaard gaande ‘persen’ verlichten.
Aandacht
Omvang en intensiteit van iemands bereidheid tot het doen van waarnemingen; het verkrijgen van een voorstelling of het ontwikkelen van gedachten. Aandacht is in wezen een verzamelnaam voor alle processen die tot gerichte, selectieve waarneming leiden.
Aandachtsbereik
De duur dat men zich zonder onderbreking op één object, situatie of zaak kan concentreren.
Aandachtsgebied
Gebied waarop men zijn aandacht concentreert.
Aandoening
Min of meer ziekelijke toestand, zoals een ontsteking. De term betekent in wezen een pathologische of ziekelijke verandering in of aantasting van het lichaam of een van zijn delen.
Aandrangsincontinentie
Vorm van incontinentie waarbij een plotselinge neiging tot urineren ontstaat. Het moment dat men naar het toilet moet, wordt niet op tijd gevoeld. Men verliest in één keer veel urine. Aandrangsincontinentie kan ’s nachts en in volkomen rust voorkomen.
Aandrift
Inwendig gevoel dat tot handeling aanspoort. De term wordt ook gebruikt als synoniem voor instinct.
Aangeboren
Bij de geboorte reeds aanwezig; natuurlijk.
Aangeboren afwijking
Lichamelijke afwijking die bij de geboorte of door lijkopening kan worden vastgesteld. De afwijking is niet altijd met het blote oog vast te stellen, soms is daar een microscopisch onderzoek voor nodig. Naast erfelijke factoren kunnen ook invloeden van buitenaf op de zich ontwikkelende vrucht inwerken en aangeboren afwijkingen teweegbrengen.
Aangeboren fimosis
Wanverhouding tussen de grootte van de eikel en de doorsnede van de voorhuid, waardoor de voorhuid niet over de eikel kan worden teruggetrokken en de reiniging wordt bemoeilijkt.
Aangeboren hartafwijking
Afwijking van het hart, die al bij de geboorte aanwezig is. Aangeboren hartafwijkingen hoeven niet direct bij de geboorte te worden ontdekt, vaak gebeurt dit pas later.
Aangeboren heupluxatie
Type heupontwrichting die berust op een erfelijke ontwikkelingsstoornis van de gewrichtskom waarbij deze als het ware te ondiep is, zodat de dijbeenkop er gemakkelijk uitschiet.
Aangeboren misvorming
Lichamelijke afwijking die bij de geboorte of door lijkopening kan worden vastgesteld. De afwijking is niet altijd met het blote oog vast te stellen, soms is daar een microscopisch onderzoek voor nodig. Naast erfelijke factoren kunnen ook invloeden van buitenaf op de zich ontwikkelende vrucht inwerken en aangeboren afwijkingen teweegbrengen.
Aangezicht
Gelaat, gezicht, voorste deel van het hoofd. Het aangezicht is anatomisch gezien het voorste gedeelte van het hoofd beneden de grens van de haarinplanting. Het aangezicht bestaat uit een benig deel, ook wel de aangezichtsschedel genoemd en uit de weke delen, waartoe de spieren, vetweefsel, bindweefsel, bloedvaten, zenuwen en ook de huid behoren.
Aangezichtsbeenderen
Alle botstukken die de voorzijde van de schedel vormen, zoals het neusbeen (os nasale) en de bovenkaak (maxilla).
Aangezichtskramp
Onwillekeurige spiertrekking van één of meerdere mimische spieren in het aangezicht.
Aangezichtsligging
Ligging van de vrucht in de baarmoeder, waarbij het gezicht het diepst in het baringskanaal is doorgedrongen. Het is een uitgesproken deflexieligging, waarvan in de meeste gevallen geen oorzaak bekend is; soms treedt een aangezichtsligging door een afwijking van de foetus op.
Aangezichtspijn
Aangezichtspijn of trigeminusneuralgie (pijn in het verloop van de vijfde hersenzenuw- nervus trigeminus) is een defect van de nervus trigeminus, die gevoelsprikkels van het gezicht naar de hersenen voert. Wanner deze zenuw (ook wel drielingzenuw genoemd) niet goed functioneert, leidt dit tot ernstige, stekende pijnaanvallen die enkele seconden tot minuten aanhouden. De oorzaak van de aandoening is niet bekend, omdat de pijnaanvallen kort duren en steeds terugkeren, zullen normale pijnstillers meestal niet goed helpen, maar andere geneesmiddelen, vooral medicamenten tegen epilepsie kunnen effect hebben.
Aangezichtsschedel
Voorste deel van de schedel bestaande uit de aangezichtsbeenderen.
Aangezichtsspieren
Mimische musculatuur; spieren in het gelaat die met elkaar verantwoordelijk zijn voor de gelaatsuitdrukkingen.
Aangezichtsspleet
Gelaatsspleet; blijvend bestaan van spleten in het gelaat ten gevolge van het geheel of gedeeltelijk uitblijven van de vergroeiing van de linker en rechter gelaatsaanleg tijdens de embryonale periode.
Aangezichtsverlamming
Aangezichtszenuwverlamming; plotselinge, meestal eenzijdige verlamming van de aangezichtsspieren door een aandoening van de aangezichtszenuw.
Aangezichtszenuw
Zevende hersenzenuw, die zich waaiervormig in een aantal takken verdeelt die naar de gelaatsspieren lopen en de bewegingen daarvan regelen. Het is een gemengde zenuw, bestaande uit een bewegings- en een gevoelsdeel.
Aanhechting
Plaats waar een spier aan een botstuk is bevestigd.
Aanleg
Vatbaarheid voor deze of gene ziekte of aandoening. De term wordt ook gebruikt in de betekenis van natuurlijke geschiktheid of talent. Men heeft aanleg voor of is gedisponeerd voor bijvoorbeeld bronchitis. Die aanleg kan aangeboren zijn- dus bepaald door erfelijke factoren- of verworven door uitwendige omstandigheden.
Aanpassingsstoornis
Psychische stoornis gekenmerkt door angst, neerslachtigheid en stressgevoelens. Een dergelijke stoornis kan ontstaan als reactie op een zeer traumatische aandoening.
Aanpassingsvermogen
Vermogen van de mens het hoofd te bieden aan gevaren die zijn gezondheid bedreigen. Het is het vermogen om binnen zekere grenzen zijn oorspronkelijke aard bij verandering van omgeving te wijzigen en toch in stand te blijven.
Aanpassingswaarde
Biologische term voor de mate waarin een (erfelijke) eigenschap de kans op het voortbrengen van nageslacht vergroot.
Aanrakingsfetisjisme
Vervanging van geslachtsgemeenschap door aanraking; men zoekt met de handen of met andere lichaamsdelen aanraking, zonder tot geslachtsgemeenschap te komen.
Aanrakingsmanie
Vorm van een dwangneurose, die de persoon dwingt om bepaalde voorwerpen op een rituele wijze en in een zeer bepaalde volgorde steeds opnieuw aan te raken.
Aanrakingstaboe
Angst voor elk lichamelijk contact, speciaal in een erotisch-seksuele relatie, op basis van het feit dat lichamelijk contact tijdens de opvoeding als ongewenst of onbehoorlijk werd beschouwd.
Aanranding
Handeling, waarbij iemand door geweld wordt gedwongen tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen. Deze kunnen zowel door ogenschijnlijk normale individuen worden gepleegd als door ernstig psychisch gestoorden.
Aanschouwing
Een activiteit die bestaat in een met aandacht zich richten op iets dat zelf onmiddellijk gegeven is. Het is de taak en functie van het denken, naar aanleiding en op grond van aanschouwing begrippen te vormen.
Aansprakelijkheid
Wettelijke verantwoordelijkheid voor aangerichte schade door een foutieve medische beslissing of handeling, of een verkeerde verpleegkundige handeling.
Aantrekkingskracht
1. Neiging van twee eenheden zich met elkaar te verenigen; 2. De situatie waarbij mensen zich tot elkaar aangetrokken voelen. Het begrip wordt meestal gebruikt in de betekenis van seksuele aantrekkingskracht.
Aanvoerder
Algemene naam voor spieren van de ledematen die een beweging naar de (lichaams)as teweegbrengen.
Aa-proteïne
Specifiek eiwit, met een niet-globuline karakter, dat onder andere gevonden wordt bij: - amyloïdose; - osteomyelitis; - tuberculose. De bloedconcentratie van dit eiwit is gestegen bij chronische ontstekingsprocessen en op hoge leeftijd.
Aardbeienneus
Aardbeienneus; onregelmatige vergroting van de neuspunt door woekering van talgklieren van de neus, gecombineerd met wisselende roodheid in het gelaat en puistvorming.
Aardbei-angioom
Meestal aangeboren afwijking van bloedvaten, waardoor het gezwel op een aardbei lijkt. Het is een weke, rode verhevenheid die aan een aardbeitje doet denken en soms bij de geboorte nog niet aanwezig is, vooral als de baby te vroeg geboren wordt.
Aardbeiengalblaas
Ophoping van vetten, hoofdzakelijk cholesterol in het slijmvlies van de galblaas. Dit is op de röntgenfoto soms te zien als kleine uitsparinkjes in de wand van de galblaas, waardoor het geheel op een aardbei lijkt.
Aardappelneus
Onregelmatige vergroting van de neuspunt door woekering van talgklieren van de neus, gecombineerd met wisselende roodheid in het gelaat en puistvorming.
Aars
Eind van de endeldarm, gevormd door een dubbel stel spierringen (sphincter) die door de bekkenbodem heen lopen en daarom ook wel het anale kanaal genoemd wordt.
Aarsfistel
Pijpzweer, meestal afkomstig uit de endeldarm en doorbrekend in de buurt van de anale opening. Deze opening wordt gevormd door een dubbel stel spierringen, die door de bekkenbodem heen lopen en daarom ook wel het anale kanaal worden genoemd.
Aarsgezwel
Woekering van cellen in het gebied van de anale opening.
Aarskloof
Zeer pijnlijke en hardnekkige inscheuring van huid en slijmvlies rond de anale opening, meestal ontstoken.
Aarsmade
Bij de mens, vooral bij kinderen, in de darmen voorkomend klein, witachtig wormpje, dat rond de anale opening eitjes afzet en vooral bij het slapengaan jeuk veroorzaakt.
Aarsverzakking
Naar buiten zakken van het slijmvlies van de anale opening, soms aangeboren door zwakte van de steungevende weefsels, soms verworven door o.a. aambeien, diarree en verstopping.
Abasie
Het onvermogen te kunnen lopen op grond van een stoornis in de motorische coördinatie. In het algemeen is het gehele bewegingsapparaat (botten, gewrichten, spieren, zenuwen) intact en berust het verschijnsel op een hersenaandoening.
Abbelap
Gesteelde lap van de huid, spier en slijmvlies uit de onderlip naar de bovenlip of omgekeerd ter aanvulling van een tekort in een van beide.
Abces
Een abces wordt gekenmerkt door ophoping van pus of etter, meestal veroorzaakt door een infectie met bacteriën. Wanneer bacteriën gezond weefsel binnendringen, verspreidt de infectie zich door het weefsel. Sommige cellen gaan dood en vallen uiteen, waarbij ze ruimte achterlaten waar vocht en geïnfecteerde cellen zich kunnen ophopen. Witte bloedcellen, de verdedigers van het lichaam tegen infectie, bewegen zich naar deze plekken en nadat ze de bacteriën hebben opgenomen, sterven ze af. De dode witte bloedcellen hopen zich op en vullen zo het weefsel met pus, een crèmeachtige substantie. Op plekken waar pus zich ophoopt, wordt het gezonde weefsel opzij gedrukt. Vaak herstelt een abces zonder behandeling omdat het openbreekt en de inhoud eruit loopt. Soms verdwijnt het abces langzaam zonder open te breken, omdat het lichaam de infectie bestrijdt en de overblijfselen opruimt. Omdat een abces geen bloedtoevoer heeft, helpen antibiotica meestal niet. Abces, anorectaal
Een met pus gevulde holte die wordt veroorzaakt door bacteriën die een slijmafscheidende klier in de anus en het rectum hebben geïnfecteerd. Een abces kan zich diep in de endeldarm of dicht bij de opening van de anus bevinden. Hoewel de anus een bacterierijk gebied is, ontstaat er over het algemeen geen infectie omdat de inwendige sluitspier als een barrière fungeert en de bloedtoevoer naar het gebied groot is. Wanneer er toch een infectie ontstaat wordt deze meestal door een combinatie van verschillende soorten bacteriën teweeggebracht. Abcessen vlak onder de huid kunnen gezwollen, rood, gevoelig en bijzonder pijnlijk zijn. Bij abcessen hoger in de endeldarm zijn er vaak minder symptomen, maar ze kunnen koorts en pijn onder in de buik veroorzaken. Antibiotica hebben beperkte waarde, behalve bij mensen met koorts, diabetes of een infectie elders in het lichaam. De gebruikelijke behandeling bestaat uit plaatselijke verdoving, opensnijden van het abces en verwijdering van de pus.
Abces, periapicaal
Ophoping van pus die meestal door een infectie wordt veroorzaakt en die zich vanuit de wortelpunt van een gebitselement naar de omliggende weefsels heeft verspreid. Pus afkomstig van een ontsteking aan een gebitselement vloeit meestal eerst weg naar het tandvlees, zodat het tandvlees bij de wortel opzwelt. Afhankelijk van de plaats van het gebitselement kan de pus ook in de weke delen wegvloeien, wat een zwelling in de kaak veroorzaakt, of worden afgevoerd naar de mondbodem, naar de binnenkant van de wangen of zelfs naar de huid. De tandarts behandelt een abces of uitgebreide ontsteking door bestrijding van de infectie en drainage van de pus, via een operatie of een wortelkanaalbehandeling.
Abces, retrofaryngeaal
Ophoping van pus in de lymfeklieren achter in de keel. Omdat de lymfeklieren achter in de keel na de kinderjaren verdwijnen, komt een retrofaryngeaal abces vrijwel nooit bij volwassenen voor. Veel infecties worden door een combinatie van bacteriën veroorzaakt. De voornaamste symptomen van een retrofaryngeaal abces zijn:
- pijn bij het slikken - koorts - vergroting van de lymfeklieren in de hals.
De stem klinkt gedempt en het kind kwijlt. Het abces kan de luchtpijp blokkeren, waardoor ademhalingsmoeilijkheden ontstaan. Het kind heeft de neiging op zijn rug te liggen, met zijn hoofd en nek achterover en de kin omhoog om de ademhaling te vergemakkelijken. Na observatie van de symptomen worden ter bevestiging van de diagnose röntgenfoto's en ct-scans van de hals gemaakt. De meeste abcessen moeten worden gedraineerd, waarbij het abces wordt ingesneden zodat de pus kan afvloeien. Antibiotica worden eerst intraveneus en vervolgens oraal gegeven. De meeste kinderen reageren goed op onmiddellijke behandeling.
Abc-reanimatie
Ehbo-basisregel waarbij vooral aandacht besteed wordt aan ademhaling, bewustzijn en circulatie.
Abdijsiroop
Merknaam van een als hoestdrank gebruikt ‘huismiddel’, dat delen tijm en kaneel bevat, en dat bij niet-ernstige aandoeningen van de bovenste luchtwegen soms afdoende verlichting geeft.
Abdomen
Buik, buikholte; ruimte omsloten door de buikwand, die voornamelijk bestaat uit spieren en hun peesplaten en slechts voor een klein deel uit botstukken. Het abdomen wordt aan de bovenkant begrensd door het middenrif en de ribbenbogen en aan de onderkant door het bekken. Inwendig wordt de buik van de borst gescheiden door het tussen de ribben uitgespannen middenrif.
Abdomentrauma
Letsel of verwonding in het buikgebied waarbij sprake kan zijn van penetrerende verwondingen of stompe letsels. De ernst van het letsel is afhankelijk van de kinetische energie die bij het treffen op het orgaan wordt overgedragen.
Abdominaal
Betrekking hebbend op, behorend tot de buik.
Abdominaal aorta-aneurysma
Verwijd, uitpuilend deel van de grote lichaamsslagader (aorta) in het buikgebied. Abdominale aorta-aneurysma's kunnen zich op elke leeftijd voordoen, maar komen het meest voor bij mannen tussen 50 en 80 jaar oud; veelal bij mensen met hoge bloeddruk, vooral bij degenen die daarnaast nog roken. Ongeveer 20 procent van dergelijke aneurysma's scheurt uiteindelijk open. Patiënten met een abdominaal aorta-aneurysma voelen vaak een kloppend gevoel in de buik. Het aneurysma kan pijn veroorzaken, meestal een diepe doordringende pijn, vooral in de rug. De pijn kan hevig zijn en als het aneurysma lekt, heeft de patiënt meestal aanhoudend pijn. Een aneurysma met en diameter kleiner dan 5 cm zal niet gauw openscheuren. In dat geval hoeft de patiënt soms alleen geneesmiddelen tegen hoge bloeddruk te gebruiken. Met beeldvormende technieken als echografie of computertomografie wordt bekeken hoe snel het aneurysma groter wordt, om te bepalen wanneer operatief ingrijpen noodzakelijk wordt.
Abdominale actinomycose
Infectie met een anaërobe (zonder zuurstof levende) schimmel van het geslacht actinomyces, die aanleiding geeft tot zwelling en ontstekingsprocessen in de buik.
Abdominale ademhaling
Buikademhaling; ademhaling die voornamelijk berust op samentrekking van de buikspieren en het middenrif.
Abdominale angina
Aandoening veroorzaakt door insufficiënte werking van een van de mesenteria slagaders en gekenmerkt door de volgende symptomen: - aanvallen van ernstige buikpijn vlak na het eten; - vermagering; - vermindering van voedselopname door angst voor pijn.
Abdominale aorta
In de buik lopend deel van de grote lichaamsslagader.
×