Samenvatting
Zilverlingen Taal over taal, 1994-2019 ‘Oorspronkelijk wilde ik ridder worden of tuinarchitect’, herinnert Marc Kregting zich. Maar dat was voordat in 1994 zijn debuutboek De gezel verscheen. Kreeg hij toen een vak of een identiteit? Vijfentwintig jaar later maakt Kregting de som op in Zilverlingen – een onbeschaamd geretoucheerde keuze uit zijn columns en notities over taal. Hij werd tekstredacteur. Niet simpel, temeer daar Kregting in de tussentijd naar België emigreerde. Hij moest terug naar school. Was het ‘Ik ben begonnen te lopen’ of ‘Ik ben beginnen lopen’? Door de jaren heen vielen hem meer verschillen op, pietluttigheden die zijn taalzintuig kietelden. Kregting waande zich een toerist op thuisgrond en raakte verzeild tussen politiek en ouderschap, sport en ecologie, uitsluiting en liefde. Als taaldocent ervoer Kregting bovendien hoe jongeren zich uitdrukken. Opnieuw moest hij leren, tot aan de spaties toe. Dat actualiteit en geschiedenis zo door taal blijven kieren, bewijst Zilverlingen. Marc Kregting dribbelt even zwaardzwaaiend als vrolijk op het materiaal af waarvan hij leeft. Op naar het volgende debuut. Marc Kregting (1965) schreef veertien boeken in elk denkbaar genre. Momenteel werkt hij aan een encyclopedie van de val. ‘De exterminator van de poëzie’ (De Groene Amsterdammer, 2000) ‘Ik zou niet weten met welk boek ik dit moet vergelijken’ (Leeuwarder Courant, 2003) ‘Kort van geheugen, die man’ (De Morgen, 2008) ‘Geen andere bundel is een zo hecht georganiseerde uitbraakpoging uit de geëgaliseerde taal waarin ik ben thuisgemaakt en opgesloten’ (Awater, 2009) ‘Hij is een stilist, maar nog op zoek naar een onderwerp’ (NRC, 2013) ‘Eerder een overkoepelend doel dan thema: de bevrijding van de taal uit haar massale tewerkstelling in de heersende gemeenplaatsen’ (Ons Erfdeel, 2015) ‘Dit boek houdt ons politieke denken een spiegel voor’ (De Standaard, 2018)