Samenvatting
Dit boek over liefde en lust tussen vrouwen in de tweede helft van de achttiende eeuw in Nederland levert een fundamentele bijdrage aan het debat over de geschiedschrijving van vrouwelijke homoseksualiteit in Nederland. De cultuurhistorische en een sociaalhistorische analyses van bronnen en beelden van vrouwen die zich tot vrouwen voelden aangetrokken maken van Ziel en zinnen ook een exemplarische studie voor de geschiedenis van sekse en seksualiteit. In dit boek beschrijft Myriam Everard de zielsvriendschap en deugdlust van vrouwen als Betje Wolff en Aagje Deken, ze ontleedt en herziet de verhalen over vrouwen in mannenkleren en legt de sporen bloot van een subcultuur van lolhoeren en lollepotten. Ze stelt vast dat hedendaagse begrippen ontoereikend zijn om de laat-achttiende-eeuwse vrouwelijke werkelijkheid te verklaren. Dankzij een terughoudende en tegelijk doortastende stijl slaagt Everard erin een genuanceerd beeld te geven van godvruchtige en goddeloze vrouwen, van zinnelijke en zedelijke liefde aan het einde van de achttiende eeuw. Het onderzoek van Myriam Everard noopt tot herlezing en herijking van gevestigde verhalen en interpretaties, en het plaatst zich daarmee in de beste tradities van vrouwengeschiedenis.