Samenvatting
De zestienjarige Janna uit Zeeland moet in het voorjaar van 1944 plotseling gaan werken voor de Duitse militairen die in haar dorp zijn gestationeerd. En dat naast het huishouden en de zorg voor haar ouders. Als haar vrienden haar vragen 'een klusje op te knappen', zit Janna gevangen tussen twee uitersten: blijft ze haar werk voor de Duitsers doen, die toch best aardig tegen haar zijn? Of kiest ze voor de onzekere zaak van het verzet? De ontmoeting met de knappe Willem brengt een lichtpuntje in de ellende.
Zeventig jaar later wordt de dan zestienjarige ras-Amsterdamse Ize door haar ouders 'verbannen' naar dat stomme en suffe Zeeland, waar haar oma woont. Ize zit zó niet te wachten op een zomer vol saaie boeren. Dan vindt ze een foto van Janna, een meisje dat erg op haar oma lijkt. Als haar oma schrikt en haar vraagt 'dit hele verhaal' met rust te laten, is Ize's nieuwsgierigheid gewekt.