Fragment
Hoofdstuk 1
Pagina 11, alinea 1
Stelling: Brokken zou het Italiaanse dagboek persoonlijk hebben gekregen vóór de dood van Youri Egorov.
De opening van In het huis van de dichter is even ontroerend als tragisch. Als lezer krijg je het gevoel er zelf bij te zijn. Youri ligt op bed, ziek, je voelt dat zijn einde nabij is, en hij geeft zijn misschien wel meest persoonlijke bezit in handen van iemand anders. Dit moet iemand zijn die hij vertrouwt, aan wie anders geef je dit? Het betreft hier het Italiaanse dagboek van twaalf blaadjes van notitieblokformaat dat Youri heeft geschreven in de periode dat hij in 1976 in een Italiaans vluchtelingenkamp zat, dit in afwachting van zijn aanvraag voor politiek asiel.
Maar, en ja, er is zeker een maar, wat de lezer hier niet kan weten is dat deze passage, hoe mooi deze ook is geschreven, fictie is. Brokken schrijft dat de roman op ware gebeurtenissen is gebaseerd, en uit de herinnering geschreven is, maar deze passage is bedacht door Brokken. Het is onjuist dat Brokken deze twaalf blaadjes persoonlijk heeft gekregen van Youri, dit is absoluut niet het geval geweest. Deze blaadjes zijn door de partner van Youri gevonden ná Youri’s dood. Ze zaten achter een fotolijstje en deze zijn bij toeval gevonden. Niemand heeft hier ooit weet gehad, de partner van Youri was even verrast als ieder ander.
De lezer wordt duidelijk gemaakt dat de blaadjes bepaald niet ongeschonden zijn: spatten koffie, kringen van glazen en wijnflessen, vegen inkt en schroeiplekken van smeulende sigaretten is de beschrijving in de roman. De originele twaalf blaadjes zien er echter ongeschonden uit. Er is geen sprake van wijnvlekken, vegen inkt of anders. Het is frappant hoe mooi ze zijn gebleven na al die jaren.
×