Samenvatting
De aarde is stervende: de poolkappen smelten, de oceanen zijn vervuild, onze longen worden langzaam bruin van de luchtverontreiniging. Orkanen, bosbranden en andere natuurrampen vliegen ons om de oren. Meedogenloze dictators worden verkozen. Woede overheerst het maatschappelijk debat. Tegelijkertijd verliezen woorden hun rijkdom aan betekenissen, hun gelaagdheid sterft langzaamaan af en ons taalgevoel verschrompelt. Alles moet steeds sneller gaan, alles moet maximaal productief zijn, alles moet opbrengen, renderen, opleveren. In Xenomorf tekent Jens Meijen hiertegen verzet aan. Zijn gedichten doen een grote greep. De intelligentie en het taalplezier spatten van de pagina’s af. Woest, meerstemmig en hartstochtelijk gaat hij de strijd aan met eenzijdigheid en onverdraagzaamheid.