Samenvatting
Het leek op een stammenritueel in donker Afrika als tijdens zijn carrière het ‘Jo-pie, Jo-pie, Jo-pie’ werd gescandeerd. Hij was bij het grote publiek immens populair, Joop Zoetemelk, het idool van honderdduizenden Nederlandse Tourliefhebbers. Een schuchtere antiheld waar we massaal in geloofden, terwijl de pers maar niet naliet het azijn uit de pen te druppelen om Jopie weg te zetten als een schlemiel, die het altijd net niet haalde. Pas toen Joop Zoetemelk er in slaagde de Tour de France te winnen, kwam er met het nodige voorbehoud enige waardering voor de renner die maar geen goed kon doen. Het tij keerde definitief toen hij op 38-jarige leeftijd de wereldtitel binnensleepte. Toen was er pas de terechte waardering voor de man die een erelijst bijeen fietste die geen enkele andere Nederlandse wielrenner kan overleggen. Hoe kon het dat de mening van professionele volgers zo kon verschillen van die van de vaderlandse wielerliefhebbers? Met die vraag dook auteur Fred van Slogteren in het leven van Joop Zoetemelk en ging hij te rade bij insiders voor hun mening. Het antwoord is een bevestiging van de vaderlandse waardering voor de eenvoud en authenticiteit van de succesvolste Nederlandse wielrenner aller tijden. Fred van Slogteren schreef een groot aantal wielerboeken. Bij Just Publishers verschenen eerder Raas, de zwijgende legende, Jan Janssen, alleen het hoogste telde en Peter Post, een fenomeen in de wielersport.