Samenvatting
Op 25 juni 1950 viel Noord-Korea buurland Zuid-Korea binnen met een enorme troepenmacht met als doel om van heel Korea een communistische staat te maken. De Russen hadden in Noord-Korea na het einde van de Tweede Wereldoorlog gebouwd aan een sterke krijgsmacht. Toen de Russen in 1948 vertrokken, bestond het leger uit 200.000 man met tanks, artillerie en vliegtuigen. Het Zuid-Koreaanse leger werd na de inval onder de voet gelopen. Amerika schoot Zuid-Korea te hulp, maar had grote moeite het Russische materieel te weerstaan. Uiteindelijk werd vrijwel heel Zuid-Korea bezet. De Veiligheidsraad riep begin juli zijn leden op steun te verlenen aan Zuid-Korea. Veel landen, waaronder Nederland, zegden troepen toe. In Nederland waren het vooral de oud-Indiƫgangers die opnieuw naar de Oost afreisden. Zij hadden tenslotte ervaring. Zo raakte in oktober 1950 ook het bataljon van Fokko Polman betrokken bij het conflict in Korea.
Fokko Polman heeft in die periode een dagboek bijgehouden. Nauwgezet en gedetailleerd vertelt hij wat zijn peloton allemaal meemaakte. Het verhaal is zeer levendig en leest als een trein. De persoonlijke en militaire details die hij zonder enige opsmuk vertelt maken het boek tot een bijzonder document. Over deze oorlog zijn weinig boeken geschreven. Het wordt niet voor niets de vergeten oorlog genoemd. Maar uit historisch oogpunt is het een uitermate interessante periode. Door het verhaal van Polman krijgt het een gezicht. Het verhaal is voorzien van veel fotos. Ook de tekeningen die Polman onderweg maakte, zijn in het boek opgenomen.