Samenvatting
“Twee van mijn maîtres à penser stierven relatief jong. Michel Foucault was 57, Erving Goffman 60. Het is zeer waarschijnlijk dat ook ik relatief jong zal sterven. Ik ben nu 58 en bij mij is medio maart 2020 kankerstadium 4 gediagnosticeerd. Als er plotseling heel weinig toekomst over is om te plannen, over te speculeren of van te dromen, gebruikt men zulke historische momenten vaak als een aansporing om na te denken over het verleden. De leidende vraag hierbij – een nogal voor de hand liggende – is: wat was er belangrijk?” Zo begint dit essay van Jan Blommaert. Wat was er echt belangrijk in mijn academisch leven? is de terugblik van een geëngageerde publiek intellectueel die een academische loopbaan op internationaal topniveau uitbouwde. Over de ontwikkeling van de academische industriële cultuur, de groei van een beroemdheidscultuur en de terreur van het publiceren. Maar ook – en vooral – over geven, vormen, inspireren en democratisch zijn. Zoals Ico Maly in zijn voorwoord schrijft: “Een uitnodiging aan docenten om de rol op te nemen van publiek intellectueel en democratisch pedagoog.”