Samenvatting
Het is 1819. Anna, dochter van graaf en gravin van Thoringen, is als jongste van vier kinderen opgegroeid op het prachtige landgoed Vechtlust, dat al sinds jaar en dag in de familie is. Nu ze achttien jaar is, is ze klaar om te trouwen en er heeft zich zelfs al een gegadigde gemeld. De zeer vermogende Simon graaf Bentinck is geïnteresseerd in Anna, maar zelf gruwelt ze van het idee haar leven te moeten delen met deze zelfingenomen en arrogante man. Dan breekt brand uit in een vleugel van het landhuis waar Anna met haar ouders, broer en grootmoeder woont. Hoewel het vuur gelukkig snel wordt ontdekt, kan grote schade niet worden voorkomen. Daags na de brand loopt Anna verdrietig rond op de plek des onheils en er valt haar een trap op die ze nooit eerder heeft gezien. Via een deur komt ze terecht in een kelder waar oude spullen zijn opgeslagen. Daar doet ze een ontdekking die haar hele bestaan doet wankelen.