Samenvatting
Toen ik 22 jaar oud was had ik een visioen. Ik werd midden in de nacht wakker en boven mij ontvouwde zich een schouwspel van oogverblindende schoonheid. Je zou het kunnen vergelijken met de sterrenhemel op een heldere, maanloze winternacht. Maar dat is dan nog maar een zwakke afspiegeling van wat ik werkelijk zag. Woorden schieten tekort om deze ervaring te beschrijven. Ik ben geboren in 1955 in een katholiek middenstandsmilieu. Mijn vader was huisschilder, een ambachtsman. Mijn moeder was onderwijzeres. Zij was bepalend in het gezin. Het katholicisme werd niet volgens de letter beleden; daarvoor was mijn moeder te vrijzinnig. In mijn jonge volwassenheid ontmoette ik het werk van Rudolf Steiner. Dit maakte een diepe indruk op me. Een tijdlang verbond ik me ermee en nam de inhouden in me op om er later meer afstand van te nemen en mijn eigen weg te gaan. Het leven heeft me voor beproevingen gesteld. Het is de kunst om beproevingen te zien als uitdagingen in je groeiproces en ze te leren ombuigen naar een positieve kracht. Mijn visioen van een betere, liefdevollere wereld heeft me daarbij zeer gesteund. Steeds verder drong gedurende mijn leven de betekenis van het visioen tot mij door. Het heeft onder andere geresulteerd in deze bundel levensbeschouwelijke gedichten. Peter van de Goolberg