Samenvatting
Zoals blijkt uit een beruchte opmerking van Ronald Plasterk dat alfas de geschiedenis schrijven, en bètas de geschiedenis maken, is de invloed van de alfawetenschappen lange tijd onderschat. In De vergeten wetenschappen laat Rens Bod zien hoe vanaf de Oudheid alfawetenschappers uit India, China, Afrika en Europa zijn omgesprongen met hun materiaal en welke patronen zij hebben gevonden. Hun bevindingen hebben de wereld ingrijpend veranderd: de ontdekking van een grammatica voor het Sanskriet leidde tot de eerste programmeertalen, de ontdekking van harmonische samenklanken resulteerde in het ooit dominante wereldbeeld de harmonie der sferen. De zeventiende-eeuwse ontdekking dat er faraos leefden vóór de Schepping mondde uit in de Verlichting, terwijl de meer recente ontdekking dat Indo-Europese talen aan elkaar verwant zijn de genetica heeft ingeluid. Kortom, als er één patroon naar boven komt, is het dat alfawetenschappers geschiedenis maken en deze nog schrijven ook.
Dit is de eerste overkoepelende geschiedenis van de geesteswetenschappen _ een zoektocht naar principes en patronen van de Oudheid tot heden.
Als je dit magnifieke boek leest, snap je niet hoe het komt dat er nooit eerder een geschiedenis van de geesteswetenschappen is geschreven. Maar als je het uit hebt, snap je maar al te goed dat voor zon spannend overzicht een begenadigd alleskunner nodig is: Rens Bod, een alfa-bèta met een meeslepende schrijfstijl.
floris cohen, auteur van het bekroonde de herschepping van de wereld
Rens Bod is hoogleraar cognitiewetenschappen aan de Universiteit van St. Andrews (gb) en leidt een bekroonde vici-onderzoeksgroep aan de Universiteit van Amsterdam. Hij schreef boeken over taal- en muziekmodellen en organiseerde conferenties over de geschiedenis van de geesteswetenschappen. Sinds zijn jeugd vraagt hij zich af waarom er geen overkoepelende geschiedenis van de alfawetenschappen bestaat. Met dit boek wil hij in deze leemte voorzien.
Kennis van de bètawetenschappen zorgt ervoor dat vliegtuigen niet neerstorten en gebouwen blijven staan, maar wat hebben we aan alfawetenschappelijke kennis? De letteren? Daar stort geen brug van in, zei een Amsterdamse hoogleraar in de vorige eeuw. De hoogleraar mag gelijk hebben gehad voor wat betreft bruggen, maar het tweede kabinet-Kok is er wel door ingestort (na historisch onderzoek over Srebrenica). En de foute vader van Máxima is ermee buiten de deur gehouden. De alfawetenschappen hebben blijkbaar een grotere invloed dan veelal wordt gedacht.
Waarom is er dan nog steeds geen overzichtsgeschiedenis van de alfawetenschappen, terwijl er tientallen van zulke overzichten in omloop zijn over de bètawetenschappen? Het valt een minister niet te verwijten als hij de helden der humaniora niet paraat heeft wanneer geesteswetenschappers ze zelf niet kennen. Dit boek wil in deze leemte voorzien en een eerste toegankelijke overzichtsgeschiedenis bieden van de geesteswetenschappen, vanaf hun geboorte rond 600 v.Chr. tot aan het begin van de eenentwintigste eeuw.