Samenvatting
In dit boek worden in chronologische volgorde Gods verbonden, die in de Bijbel geopenbaard zijn, beschreven. Het begint met het verbond met Adam en eindigt met het verbond met David. De verbonden staan op een bijzondere manier in verband met elkaar en tonen ons Gods wonderlijke plan met de wereld in Christus Jezus, de Heere. In dit boek staat Zijn Naam en werk dan ook centraal. Tenslotte noemt Jesaja Hem hét verbond. Moeilijke thema's als de besnijdenis, de wet en de genade, de relatie tussen het verbond met Abraham en het oude en het nieuwe verbond, worden niet vermeden en ze worden zo veel als mogelijk schematisch onderbouwd. De vervulling van de verbonden en de beloften zijn vast en zeker in de opstanding van de Heere Jezus Christus. Daarom wordt aan dat grote en wonderlijke heilsfeit in de context van diverse Schriftgedeelten uitgebreid aandacht besteed. De schrijver staat op het standpunt dat de Schrift zichzelf verklaart. Daarom zijn de enige literatuurverwijzingen in dit boek naar de Bijbel zelf. Dat maakt dit boek ook geschikt voor persoonlijke Bijbelstudie of Bijbelstudie in een groep.