Samenvatting
Ursula wordt in Duitsland geboren aan de vooravond van het bombardement op Rotterdam. Als ze twintig is, vertrekt ze naar haar grote liefde in Amsterdam. Voor Ursula lijken haar Duitse wortels amper te hebben bestaan en hooguit een paar flarden van haar verleden sijpelen door in haar leven in Nederland. Wytske Feddema besluit om haar moeders verleden te ontrafelen en stuit tijdens haar zoektocht op zorgzame mannen en krachtige vrouwen. Trouwe en overspelige vrouwen. Vrouwen die hun kinderen wel wilden troosten, maar niet wisten hoe. Moeders, uit liefde getrouwd, uit nood getrouwd, ongetrouwd. Ze komt te weten dat Ursula opgroeit tussen de verzwegen verhalen van ouders, grootouders en overgrootouders, in een familie waarin grote geheimen de norm waren, de liefde leidend was en overspel bijna vanzelfsprekend. Onverwerkte pijn werd stilzwijgend van generatie op generatie doorgegeven. De oorsprong van Ursula’s onvermogen om zacht te zijn naar haar kinderen toen ze wat groter waren, lag besloten in de levens van de vrouwen in de familielijn. Door de Tweede Wereldoorlog werd over al het zwijgen een extra laag beton gegoten. Ursula. Een ongekend leven gaat over intergenerationeel trauma bij de generaties die daarnaast getekend zijn door de twee wereldoorlogen en alles wat eruit voortvloeide. Omdat Ursula’s eigen beeld van die jaren was gestold op het moment dat ze haar vaderland achterliet, begreep Wytske Feddema dat ze dwars door die Tweede Wereldoorlog heen moest om haar moeders leven daadwerkelijk in essentie te kunnen beschrijven en het onbewust doorgeven van leed een halt toe te roepen.