Samenvatting
De hulp aan uithuisgeplaatste jeugdigen staat sterk in de belangstelling. Zo is er veel media-aandacht voor het veelvuldig overplaatsen van jeugdigen die niet meer thuis kunnen wonen, de verzwaring in problematiek en de moeite die het kost om pleegouders te vinden. Het gaat jaarlijks om circa 45.000 jeugdigen. Het is dan ook van groot belang om goede hulp te bieden. Dit boek geeft een overzicht van ‘wat werkt’ in de hulpverlening en het onderwijs. Op basis van de meest recente kennis uit wetenschap en praktijk wordt in Uithuisgeplaatste jeugdigen aandacht geschonken aan werkzame factoren zoals bejegening, behandelrelaties, leefklimaat, samenwerking met ouders, training van professionals en leiderschap. Verder is er aandacht voor veelbelovende interventies gericht op motivatie en autonomie, grensoverschrijdend gedrag, trauma en onderwijsprestaties bij jeugdigen. Ook pleegzorg, gezinshuizen en kleinschalige voorzieningen komen expliciet aan bod. Het boek is geschikt voor hulpverleners, docenten en studenten in het hoger beroeps- en wetenschappelijk onderwijs, en voor bestuurders en beleidsmedewerkers binnen de jeugdhulp. ANNEMIEK HARDER is bijzonder hoogleraar 'Wetenschappelijk onderbouwde Jeugdzorg en Onderwijs' bij de Erasmus Universiteit Rotterdam, ERIK KNORTH is emeritus hoogleraar ‘Orthopedagogiek in het bijzonder Jeugdzorg’ aan de Rijksuniversiteit Groningen en CHRIS KUIPER is lector ‘Transformaties in de Zorg voor Jeugd’ aan de Hogeschool Leiden.