Samenvatting
Gerda Blees, Ronald Giphart, Johan Harstad, Etgar Keret, Antjie Krog, Arjen Lubach en Kluun zijn maar enkele van de honderden auteurs die Joost Nijsen bij Podium uitgaf. Het bracht deze uitgever veel geluk, maar niet alleen vanwege hun succes. Want uitgeversgeluk gaat wat de schrijver van dit boek betreft verder dan louter het realiseren van rendement. De uitgever is wat Nijsen betreft ook een baken, een vuurtoren eigenlijk: de schrijvers die hij in het licht geeft, leveren ook een bijdrage aan cultuur en samenleving.
In de zestien hoofdstukken van dit boek, waarin hij meanderend langs alle genres, thema's en aspecten laveert die zijn uitgeefavontuur gestalte gaven, gekruid met veel persoonlijke ervaringen met auteurs, probeert Nijsen vat te krijgen op de essentie van het uitgeverschap - een beroep, nee een roeping, waarover bij de doorsnee lezer weinig bekend is.
Dankzij een soepele stijl, en een visie waarin net als in zijn fonds humor, polemiek en nuance samenvloeien, wordt het geheim van de uitgever stap voor stap blootgelegd. Daarbij werkt hij toe naar de 'grande finale', waarin onderzocht wordt wat de missie van een uitgever zou moeten zijn en welke vormen daarbij heden en straks het best passen.