Samenvatting
Ze zijn het beeldmerk van het buitenleven op Nederlandse buitenplaatsen: tuinkoepels. Ze staan in parken, langs lanen, wegen, vaarten en rivieren. Ze spreken tot de verbeelding, roepen herinneringen op aan het plezierige buitenleven van welgestelde stedelingen van weleer. Het bekendst zijn tegenwoordig de koepels langs de Utrechtse Vecht. Ook op andere plaatsen in ons land zijn tuinkoepels te vinden, terwijl er nog eens talloze zijn verdwenen. In dit boek belichten acht auteurs verschillende aspecten van de tuinkoepel: het gebruik, de architectuur, de vormgeving van het interieur, en erfgoedzorg. Tezamen bieden deze artikelen een caleidoscopisch beeld van een cultuurverschijnsel waar tegenwoordig nog maar een fractie van over is. De combinatie van verschillende perspectieven – naast geschiedenis en kunstgeschiedenis ook literatuur, stedenbouwkunde, archeologie en interieurgeschiedenis, maakt duidelijk hoe waardevol tuinkoepels zijn, als onderzoeksmateriaal, als doorkijk naar het verleden, maar ook voor het landschap van nu. Martin van den Broeke is auteur van verschillende publicaties over buitenplaatsen, waaronder "Buitenplaatsen in Noordgouwe: Hofsteden, lusthoven en landhuizen" (2014). Wim Meulenkamp is auteur en kunsthistoricus, en voorzitter van De Donderberggroep, stichting voor follies, tuinsieraden en vermaaksarchitectuur.