Fragment
Dit fragment komt uit hoofdstuk 1.
“Maeve”, haar vader klonk verdrietig. “Je oom Peppijn is vanochtend dood aangetroffen in zijn huis door zijn schoonmaakster”, zei haar vader met tranen in zijn ogen.
Maeve keek haar moeder aan die net de eerste tranen liet vallen. Maeve kon het niet geloven. Haar oom was helemaal nog niet zo oud en ze had hem vorige week nog op haar verjaardag gezien. Hoe kon het dan dat hij nu ineens dood was? Dat vroeg ze natuurlijk aan haar vader.
“Dat weten we nu ook nog niet, maar hij werd gevonden in het toilet met...” Haar vader keek haar moeder aan met een veel betekende blik. Het was duidelijk dat hij niet wilde zeggen hoe haar oom aangetroffen was. Misschien wilde ze hun dochter beschermen. Het was voor Maeve duidelijk dat haar oom niet zomaar was overleden. Maar Maeve durfde niet door te vragen, omdat ze bang was voor een antwoord. Niemand hoort graag dat zijn familielid niet natuurlijk is gestorven.
Maeve schraapte haar keel en voelde de brok in haar keel goed. Er was nog maar een vraag die ze wilde stellen en hij was nog best logisch ook vond ze zelf. “Waarom hoor ik dit nu pas?” Haar stem sloeg over.
Ze kreeg geen antwoord. Het enige wat ze wel kreeg, waren twee ouders die allebei op het punt stonden in huilen uit te barsten. Het lag overduidelijk gevoelig maar Maeve wist niet heel goed waarom. Het onverwachts verliezen van een familielid was natuurlijk nooit fijn, maar er hing een soort spanning in de kamer waardoor Maeve het idee had dat er iets verschrikkelijks was gebeurd met haar oom.
Maeve wilde weg. Ze wilde haar ouders niet zien huilen. Wie wilde dat nou wel zien? Ze vond het al erg genoeg dat ze onverwachts haar oom was verloren. Alleen de gedachte eraan gaf haar een steek in haar hart. Ze hoorde nog een aantal vage geluiden, maar reageerde daar niet op. Ze was te geëmotioneerd. Het zou goed kunnen zijn dat haar ouders alsnog antwoord gaven op haar vraag maar daar luisterde Maeve al niet meer naar. Ze stond abrupt op, waardoor haar stoel met een klap achteroverviel. De klap klonk extra hard omdat er verder geen geluid in het huis werd gemaakt. Ze keerde haar rug naar haar ouders en rende naar de trap. Elke trede werd steeds zwaarder en haar zicht werd steeds waziger door haar tranen tot op het punt dat ze alleen nog maar vlekken kon zien. Het nieuws was ineens helemaal tot haar doorgedrongen en ze realiseerde zich dat er iemand uit haar leven was verdwenen waar ze veel van hield. Alleen oom Peppijn had begrip voor haar woedeaanvallen en deed er dan ook nooit moeilijk over. Het was nog maar een stap naar haar kamer, maar Maeve kon haar voeten amper bewegen. Als een zombie duwde ze de klink van haar deur omlaag en opende de deur. De geur van frisse lucht kwam haar tegemoet, net zoals de koude wind uit haar open slaapkamerraam. De wind prikte in haar ogen en zorgde ervoor dat ze met haar ogen knipperde en tranen produceerde. Tranen gleden over haar wangen en op haar T-shirt. Haar oom was dood en ze kon daar niets aan doen.
×