Samenvatting
Heremans beschrijft op poëtische, levendige en humoristische wijze het dagelijks leven in een Belgisch dorpje tijdens de Tweede Wereldoorlog. Alles bezien door de ogen van Stan, een opgroeiende tiener, en becommentarieerd door de 'dorpsfilosofen' van de dorpskroeg.
Constant (Stan) Cosemans doezelt soms weg in zijn luie stoel en droomt dan over de oorlogsjaren die hij als tiener meemaakte in Goorgem. Heremans neemt de lezer mee terug in de tijd en geeft prachtige beschrijvingen van het dagelijks leven in een Belgisch dorpje tijdens de Tweede Wereldoorlog: de bezetting door de Duitsers, de 'dorpsfilosofen' die alles beloeren vanachter het gordijntje van de dorpskroeg, het verzet dat Joden en werkweigeraars in veiligheid brengt via een speciale vluchtroute, de eerste gevoelens van verliefdheid van Stan, zowel voor Aliske, zijn buurmeisje, waarmee hij in een geheime hut boekjes leest, als voor Rebecca, een ondergedoken Joods meisje, waarmee Stan via een spiegeltje in morsetekens communiceert.