Samenvatting
Sport en poëzie draaien om drama, vorm, techniek en uithoudingsvermogen. Je moet pingelen, kansen creëren, soms de teugels laten vieren en er dan juist weer inkomen met gestrekt been. Deze sonnettenkransenkrans is een huzarenstukje, een teamprestatie van goed op elkaar ingespeelde dichters. Het schrijven was een ware uitputtingsslag, een marathon – poëzie is oorlog – maar de eindstreep is gehaald: 196 sonnetten over 196 Nederlandse topsporters. Deze bundel geeft een overzicht vanaf de eerste Olympische medaille tot en met de Formule 1: van Leontien van Moorsel tot Raymond van Barneveld en van Fanny Blankers-Koen tot Johan Cruijff.