Samenvatting
Sociologie en de moderne samenleving is een inleiding in de sociologie waarin de discussie over het ontstaan, de ontwikkeling en de toekomst van de westerse samenlevingen centraal staat.
Het biedt een kennismaking met het vakgebied van de sociologie die laat zien hoe sociologen dachten en denken over maatschappelijke ontwikkelingen vanaf de industriƫle revolutie tot aan het begin van de eenentwintigste eeuw. Dat gebeurt onder meer aan de hand van klassieke sociologen als Marx, Durkheim, Weber en Simmel, die zelf getuige waren van de eerste fasen van het moderniseringsproces. Ruime aandacht wordt besteed aan processen in delen van de samenleving als de nationale staat, het arbeidsbestel religie en cultuur, en de stedelijke samenleving. In het laatste deel van het boek komen de veranderingen tijdens de laatste decennia van de twintigste eeuw aan de orde.
Deze sociologische verkenning van maatschappelijke veranderingen is vervlochten met de behandeling van drie hoofdvragen van de sociologie, drie belangrijke problemen waarmee moderne samenlevingen worden geconfronteerd. Het orde- of cohesievraagstuk, het ongelijkheidsvraagstuk en het identiteitsvraagstuk.
De antwoorden die klassieke en hedendaagse sociologen op deze vragen hebben gegeven, vormen een hoofdthema van deze inleiding.