Fragment
Plots stond de dokter op. Zijn stoel viel pardoes naar achter. Hij liep rondjes door de spreekkamer, terwijl hij met zijn vingers langs zijn snor wreef, diep nadenkend, en zijn andere arm die arm weer ondersteunde zodat zijn hand met wrijvende vingers niet moe werd van het nadenken en het snorgekriebel. Na een tijdje stopte hij met rondjes wandelen en draaide zich naar Snottebel en vooral Kwakkelboy. “Ik ben er uit”, zei de dokter. “Het is de hoed!”. “De hoed?, vroeg Snottebel, terwijl ze de aandacht van de dokter op Kwakkelboy weer terug op haarzelf te krijgen. “De hoed!!”, riep de dokter nogmaals enthousiast en vastberaden. “Het is de hoed! C’est le Chapeau, zoals de Fransen zouden zeggen in geval ze dat zouden zeggen. En ik kan het weten. Ik ben de dokter, zoals u wellicht heeft begrepen. En ik heb daar zojuist, terwijl u bezig was met weet ik wat, diep over nagedacht en kwam tot deze geweldige uitkomst.
×