Samenvatting
In de eerste jaren van de achttiende eeuw schreef Shitao zijn beroemd geworden verhandeling over de schilderkunst. In tegenstelling tot de meeste Chinese teksten over de schilderkunst is dit geen technisch, maar in de eerste plaats een filosofisch traktaat, waarin met name de invloed van het daoïsme bepalend is. Maar het is nog meer want de verhandeling toont ons hoe we de filosofische inzichten van Laozi en Zhuangzi kunnen gebruiken als bron van creativiteit, niet alleen artistiek maar ook in het gestalte geven aan ons eigen leven. Schilderkunst en levenskunst grijpen hier diepgaand in elkaar. Jan De Meyer heeft ervoor gekozen de vertaling te gebruiken als ruggengraat van een coherent verhaal dat een kennismaking met de basiswaarden van het daoïsme verbindt met de factoren die voor Shitao essentieel waren, zoals de observatie van de natuur en het herkennen van onze eigen talenten. De afbeeldingen bieden een fascinerende blik op het werk van deze eigenzinnige meester. Jan De Meyer (1961) studeerde sinologie aan de universiteiten van Gent en Fudan (Shanghai). Hij promoveerde op de politieke filosofie van Luo Yin (833-910) en was medeoprichter van het literaire tijdschrift Het trage vuur. Zwaartepunt in zijn onderzoek is het daoïsme. Brill publiceerde zijn ‘Wu Yun’s Way. Life and Works of an Eighth-Century Daoist Master’ (2006). Hij vertaalde o.a. de daoïstische klassieken Liezi en Wunengzi (Augustus). Van De Meijer verscheen in oktober 2018 ‘Het Scrovegni-alternatief (isbn 978 94 93013 00 1).