Samenvatting
‘Wat is het hier kaal,’ zei Conina.
‘Wat ik maar niet begrijp,’ zei Niezel, ‘als wij nu in het lampje zitten dat ik vastheb, dan moet de ik in het lampje weer een kleiner lampje hebben waarin weer een —’
De djinn wuifde dringend. ‘Niet over praten!’ commandeerde hij. ‘Alsjeblieft.’
Weer is het Rinzwind, de hopeloze tovenaar, die met tegenzin opdraaft om de schijf te redden. Hij moet voorkomen dat de hoed van de Aartskanselier terechtkomt op het hoofd van de achtste zoon van een achtste zoon van een achtste zoon — dat is een tovenaar in het kwadraat, een betovernaar.
Niezel, aankomend Barbaarse held, en het welgevormde kapstertje Conina (en niet te vergeten: de Bagage) staan hem terzijde bij zijn tocht, een queeste die hem tot helemaal in het verre Klatsch brengt…
Compleet met vliegend tapijt en geïnspireerde dichtkunst.