Samenvatting
Schadevergoeding strekt ertoe de benadeelde zoveel mogelijk in de positie te brengen waarin hij zou hebben verkeerd zonder aansprakelijkheidscheppende gebeurtenis. Vergoeding van schade vergt daarom vroeg of laat een oordeel omtrent de vraag in hoeverre schade is geleden. De gebeurtenis kan evenwel oorzaak zijn van allerlei feitelijke ontwikkelingen die zich gaandeweg ontvouwen met het verstrijken van de tijd. Dit boek handelt over de rol van de factor tijd bij vaststelling van schade, en gaat in op een aantal kernvragen: met welke feiten en omstandigheden moet de rechter rekening houden bij de vaststelling van schade, welk moment heeft voor zijn oordeel als beslissend te gelden, en hoe verhoudt een en ander zich tot andere leerstukken van schadevergoedingsrecht? Dit boek bevat een analyse van het tijdselement in het schadevergoedingsrecht op beginsel- en begripsmatig niveau, gevolgd door een reeks deelstudies op vijf belangrijke deelterreinen: zaakschade, personenschade, winstderving, beleggingsschade en schade door rechtmatige overheidsdaad. De studie beoogt bij te dragen aan een grondiger begrip van het schadevergoedingsrecht en praktische inzichten te bieden voor hen die te maken krijgen met juridische vraagstukken van schade.