Fragment
“Zo, daar was ik wel even aan toe zeg!” zei hij in een lange rook-
uitblazende zucht. “Inhaleer jij ook?”
“Ja, echt wel! Kijk maar!” Ik nam een flinke hijs en trok deze in één
diepe teug door tot ver naar binnen en liet de rook daarna half uitblazend
door neus en mond tegelijk ontsnappen. Hij keek even en knikte bevestigend.
Gelukkig praatte hij niet zoals een kakker, een bekakte ‘r’ zou toch echt te veel zijn geweest.
“Ronde wolkjes blazen, kan je dat ook?” vroeg hij.
Ik wist wat hij bedoelde. Zo met je getuite lippen door je gekrulde tong korte rookpufjes uit
paffen, mooie draaiende ringetjes van rook. Hij deed het voor en liet perfect ronde wolkjes
draaiend door de lucht om elkaar heen dwarrelen en blies zelfs het ene door het andere wolkje.
Ik probeerde het ook, maar het lukte mij nog niet gelijk.
×