Samenvatting
Andreas Willemsen is achttien en heeft ondanks het voortreffelijke pakket genen dat hij van zijn vader Emiel, Doctor in de Plantkunde, heeft geërfd, geen zin om verder te studeren. Veel liever zou hij zoals zijn twee rijkeluisvrienden in de V.S. gaan rondreizen. Vader Emiel vindt dat Andreas niet rijp is om zijn leven in handen te nemen en regelt voor zijn zoon een zomerbaantje in de cafetaria van een botanische tuin. Als buitenbeentje in een studentenstad in zomerslaap voelt Andreas op zijn duffe werkplek het echte leven aan zich voorbijglijden. Zwaar gefrustreerd verlustigt hij zich aan het bespieden van twee geliefden die ’s nachts stiekem in de botanische tuin afspreken. Overdag maakt hij kennis met de tachtigjarige Lena, die haar verbijsterende levensverhaal met hem deelt en hem in de ban brengt van iets dat veel verder reikt dan lust. De verhalen van de twee raken op een ongewone manier verstrengeld in deze ontroerende coming of age-roman. Katrien Van Effelterre (°1979) promoveerde na haar studie Germaanse taal- en letterkunde met een doctoraatsonderzoek naar terugkerende doden in de volkse vertelcultuur. Door haar creativiteit, rijke fantasie en passie voor schrijven, verruilde ze later academische publicaties voor fictie. Van haar hand verschenen al vijf thrillers en twee romans.