Samenvatting
Even ten noorden van de legendarische Echoput bij Apeldoorn liggen twee grote prehistorische grafheuvels in het bos. Er is ooit wel in gegraven, maar niet door archeologen en met onbekend resultaat. Een ploeg archeologen van de Leidse universiteit onderwerpt in de zomer van 2007 deze monumenten aan een ander onderzoek. Hoe oud zijn ze, hoe zijn ze opgeworpen, wat zit erin, en wat komen we te weten over de mensen die er begraven liggen? Het verhaal rond de opgraving van de Echoputheuvels wordt verteld door en toevallige bezoeker, die de ontdekkingen van de archeologen spiegelt aan zijn eigen jeugdbelevenissen en tot zijn verrassing interesse krijgt voor de heuvels, voor het vak en voor de enthousiaste mensen die het uitoefenen. Echo's uit de IJzertijd is een eerste voorbeeld van 'archeofictie', waarin toch alle onderzoekresultaten uit de doeken worden gedaan. Zowel de archeoloog als de `belangstellende leek' weet na het lezen van dit boek alles, wat er over deze unieke grafheuveltweeling te weten valt. Afgezien van de verteller berust de gelijkenis met bestaande plaatsen, personen en gebeurtenissen volkomen op de werkelijkheid!