Samenvatting
Hoe ontwikkelen de hersenen zich bij jongeren tussen 10 en 25 jaar? Wat betekent dat voor hun vaardigheden en gedrag? Waarom is er zo veel opvoedingsonzekerheid en onwetendheid bij ouders en professionals in een tijd dat jong zijn de norm lijkt? Hoe moeten we omgaan met risicogedrag en met het mediagebruik van jongeren? Is er een verschil tussen internetvrienden en echte vrienden? Jongeren krijgen steeds meer vrijheden en verantwoordelijkheden, maar hun brein is pas rond hun 25e volgroeid. Dit boek maakt inzichtelijk hoe jongeren zich tussen hun 10e en 25e jaar ontwikkelen en toont aan waarom ze juist vanaf de tienerleeftijd vragen om duidelijke grenzen en goede begeleiding. Pubers hebben, misschien nog wel meer dan kinderen, structuur en kaders nodig. Ouders, docenten, marketeers, werkgevers en beleidsmakers: lees dit boek! Het resultaat zal zijn dat u allen voorgoed anders gaat kijken naar die slungelige, giebelende, roekeloze en dynamische jongeren. Herziene 7e druk: met nieuw hoofdstuk over infobesitas: Via internet, mobieltjes en de media komt er een enorme berg informatie op jongeren af. Ze surfen van de ene socialmediasite naar de andere en twitteren 24 uur per dag. Het is niet dat ze zich vervelen; ze hebben het druk. En echt belangrijk is alle informatie ook niet. Het is de angst om dingen te missen, die kan leiden tot een heuse verslaving.