Samenvatting
In 1843 verscheen In Frankrijk een omvangrijk verslag van een reis van twee maanden door Rusland: La Russie en 1839. De schrijver ervan, Astolphe Marquis de Custine, had er een doorslaand succes mee. Het uit vier delen van elk vierhonderd pagina's bestaande werk kon binnen enkele jaren vijfmaal worden herdrukt. In Rusland kon het boek niet verschijnen want het werd van stond af aan als een schandelijk anti-Russisch schendstuk beschouwd, waartegen dan ook binnen enkele jaren door het tsaristische bewind geïnspireerde contra-pamfletten werden gepubliceerd. Pas in 1930 kwam er een Russische vertaling maar die is nergens meer te vinden. Natuurlijk stonden er in het boek van Custine, die geen slavist was, geen Ruslandkenner en die het land slechts twee maanden bezocht, onnauwkeurigheden. Maar waar het om gaat formuleerde hij zelf in een antwoord-bij-voorbaat: 'Ik heb slecht gekeken maar goed gezien.' Van het Reve wijst voortdurend op de frappante actualiteit van Custine's opmerkingen, reden ook waarom de Rusland-kenner George Kennan het boek van Custine 'een voortreffelijk boek over het rusland van Kosygin en Breznjev' heeft genoemd.