Samenvatting
De overheid heeft de juridische verplichting om een balans te zoeken tussen eenheid en pluriformiteit in regeling en bestuur en daarmee in de vormgeving van de samenleving. Is er in de huidige tijd een trend te bespeuren van eenheid naar pluriformiteit, of andersom? Welke aspecten moet de overheid meenemen in haar weging van de balans tussen eenheid en pluriformiteit? Aan de hand van welke criteria valt dan te bepalen of meer eenheid of pluriformiteit gewenst is? In dit preadvies worden deze vragen behandeld aan de hand van drie actuele staatsrechtelijke onderwerpen die drie deelterreinen van het staatsrecht betreffen: de regulering van politieke partijen, de vrijheid van scholen bij de invulling van burgerschapsvorming en de organisatie van gemeenten als decentrale overheidslichamen. In de slotbeschouwing wordt ingegaan op de vraag of voor de regeling van deze onderwerpen de beginselen van subsidiariteit en soevereiniteit in eigen kring behulpzaam kunnen zijn.