Samenvatting
We leven in een democratie, er zijn Twitter en Facebook, maar hoe staat het nu echt met de vrije meningsuiting in Vlaanderen? Is er zoiets als een open debat, een parler vrai, of zijn er krachten die dat belemmeren? Zijn media, journalisten en opiniemakers bondgenoot van wie het vrije woord eert? Of handhaven ze mee de (zelf)censuur? In januari 2015 was iedereen Charlie en gold het recht op vrije opinie en satire als onaantastbaar. Sindsdien zijn de heilige huisjes vertimmerd en slopen de taboes langzaam terug in het opinielandschap. Individuen, groepen en subculturen worden in bescherming genomen tegen zogenaamde beledigingen, maar op het einde is de halve wereld een racist en de andere helft slachtoffer van discriminatie. Wie de Doorbraak-columns van Sanctorum volgt, weet dat hij/zij vuurwerk mag verwachten. In de vorm van tien ongezouten stellingen kaart hij het thema aan en daagt hij de politiek correcte deugcultuur uit. Ook de recente Belgisch/Vlaamse coronacrisis wordt grondig gefileerd. Samen met De Langste Mars (over Mei '68) en Na het journaal volgt het nieuws (over de Vlaamse media) vormt dit boek een drieluik dat in de huisbibliotheek van geen enkele vrijdenker mag ontbreken.