Samenvatting
Dit boek presenteert allereerst in een helder overzicht de gnostische beweging in de eerste eeuwen van onze jaartelling als een specifieke expressie van een brede onderstroom in de westerse cultuur, die vanaf de Oudheid tot New Age grote invloed heeft uitgeoefend. In alle vormen van gnosis ging het en gaat het nog steeds om inzicht in de samenhang der dingen (gnosis betekent kennis), als persoonlijke bevrijding en godskennis in één.
Aan de orde komen de overlevering en de inhoud van de gnostische literatuur, met aandacht voor alle authentieke gnostische teksten. De (veelal negatieve) respons van de kant van kerkvaders en filosofen wordt eveneens toegelicht. Een dergelijk overzicht bestond tot nu toe in Nederland nog niet en is ook daarbuiten uiterst zeldzaam. In het voorlaatste hoofdstuk wordt uitgebreid ingegaan op het wezen en de (mythologische) uitdrukkingsvormen van de antieke gnosis. Ook de gnostische opvattingen over Jezus komen ter sprake. Na het inleidende deel biedt de auteur een vertaling van vijf authentieke gnostische teksten uit de handschriftenvondst van Nag Hammadi, voorzien van uitvoerige inleidingen en toelichtingen. De geselecteerde teksten zijn: Het Apocryphon of Geheime Boek van Johannes (in de lange recensie), Het Wezen van de wereldheersers, De Oorsprong van de wereld, Eugnostus de Gelukzalige en De Donder Volmaakte Geest. Deze vijf teksten geven een duidelijk beeld van de wijze waarop gnostische mythen geconstrueerd en verder ontwikkeld werden. Ze zijn rechtstreeks uit het Koptisch vertaald; in vertaling en commentaar zijn de nieuwste wetenschappelijke inzichten verwerkt.