Fragment
Afvalzakken
Over het algemeen gooien mensen hun grijze afvalzakken van zestig liter in de container, maar soms heeft iemand bijvoorbeeld een blauwe afvalzak van tachtig liter welke niet of moeilijk in de afvalcontainer past. Wat te doen? Gewoon naast de container zetten. ‘Opgeruimd staat netjes’ is het gezegde, maar is dat ook zo?
De duiven, eksters en kauwen zijn er dol op en pikken zo’n zak open en halen er uit wat voor hen al of niet van gade is; zoals koffiepads, bananenschillen, uien, boterhammenzakjes, vleesverpakkingen, maandverband, wattenstaafjes, brood en al het andere. Helaas is het zo dat de vogels het niet opruimen en de hele omgeving van de afvalbakken ligt bezaaid met rommel, waar de ratten dan weer van kunnen profiteren.
Blijkbaar weten de mensen niet dat de containers worden opgetakeld en dat het her en der liggende rommel niet opgetakeld kan worden en blijft liggen.
De gedachte rijst dan in mij op of het zoveel moeite kost om de zak in de afvalcontainer te proppen en aan te duwen of anders de zak open te maken en eerst een deel in de container te stoppen en dan de rest?
Och, misschien was het oud vrouwtje of mannetje die geen kracht genoeg had om het erin te proppen. Ik wil niet meteen het slechtste van mensen denken, komt een split-second in mijn gedachte naar boven.
Dit gebeurt allemaal in mijn geest, terwijl ik de rommel opraap. In mijn gedachten of beter gezegd mijn overtuiging moet de straat natuurlijk schoon zijn. Het leven van prikken gaat vanzelf door, het ato-moment van hier en nu prikken heeft die gedachten niet nodig, kan het missen als kiespijn in tegenstelling tot mijn ego.
×