Fragment
Proloog
Het was laat op een broeierige namiddag toen ze naar de redactie belde. ‘Op de dag af twee jaar geleden ben ik mijn jeugdige onschuld op wrede wijze verloren,’ zei ze onthutst. Op het moment dat ik haar doorrookte stem hoorde, moest ik wel naar haar luisteren. Meteen wist ik dat haar verhaal stukken beter was dan mijn eigen artikel over dodelijke verkeersslachtoffers in New York. Ze legde me uit wat er met haar moeder was gebeurd. Ik kon mijn oren niet geloven; zo’n gruwelijk verhaal had ik op de redactie van de krant nog niet eerder gehoord.
Het werd allemaal nog veel gekker toen ze over haar vader begon. Ze beklaagde zich eerst over dat wat hij wel, of juist niet had gedaan. Toen ze over hun auto en zijn buitenlandse reis naar een duistere bijeenkomst begon te vertellen, kwam ze nogal verward bij me over. Ze sprak over list en bedrog, maar ik voelde dat ze iets verzweeg en stelde voor om haar te ontmoeten.
Lisa zag er precies zo uit als ik me haar over de telefoon had voorgesteld: blond haar, blauwe ogen en mooie, rechte tanden. Ze moest een echte All American Girl zijn geweest, niet al te openlijk seksueel, maar toch begeerlijk. Een beetje Hamptons, en een fleugje Ralph Lauren, ware het niet dat ze op een paar afgetrapte stiletto’s liep. Toen ik mijn recorder aanzette en haar de eerste vraag stelde, stond ze op en ging naar buiten om te roken. Dit deed ze om de twee, drie vragen.
Het vraaggesprek duurde langer dan normaal, maar dat deerde me niet in het minst toen ze over de plotselinge verdwijning van haar vader begon te vertellen. Sinds de gruwelijke dood van Sharon Tate, bijna een halve eeuw geleden, deed ze één van de meest afschuwelijke tragedies uit de doeken. Deze keer moest ik wel op de voorpagina komen.
Na afloop keek ze me met hongerige ogen aan en vroeg me of ik wist hoe het voelde om genomen te worden.
‘Nee, ik heb geen idee,’ antwoordde ik. Dit was de eerste keer, in een interview van vier uur, dat ik niet goed begreep wat ze bedoelde. Met opgestoken hand wenkte ze de ober. De mouw van haar truitje gleed naar haar elleboog. Aan de binnenkant van haar linkerarm zaten drie rode, enigszins verheven, ronde littekens.
‘Hm,’ zei ze, ‘er zijn, wat je misschien niet weet, ook zaken die we beslist niet kennen.’
×