Fragment
En dan ben ik vier jaar en mag ik naar school. Jippie. Mijn vriendje is me al voorgegaan, hij gaat 1 april en in die maand zie ik hem nauwelijks meer. O, wat een kinderdrama, hij ziet mij niet meer staan. Einde droom, einde vriendschap. Hij speelt alleen nog met jongens en is al helemaal opgenomen in de klas. Hij wil mij niet zien. Een drama voor dit vierjarig meisje.
Wat ik me herinner van de juf is dat ze pinnig en streng was. In mijn herinnering draagt ze een grijze vlecht met knot. In elk geval kan ik het niet zo goed vinden met deze juf. Ik heb een kleurige poncho, gemaakt door mijn oma met één knoopje aan de bovenkant. De school is vlakbij, er staat één huis tussen. Ik weet nog dat ik het warm heb. Ik sta bij de zandbak, mijn mama staat met mijn broertje op het balkon. Mama zegt dat ik het knoopje los mag doen. Van de juf mag dit niet, want dan willen de andere kinderen ook hun jasje los en dat mag niet. Ik krijg zand gegooid en voel me alleen en onbegrepen. Dit is het eerste pesten.
Iets anders is dat ik veel ziek ben. Daarnaast ben ik nieuwsgierig, met een heel eigen wereldbeeld. Ja, toen al, alleen als je vier bent en je moet je voegen en precies moet doen wat juf zegt, dan ben je niet blij. Je moet vragen of je mag plassen. Ook moet je kleuren naar voorbeelden en mag je niet eens een extra eigen kleur toevoegen. Eigen fantasie mag daar niet. En als ik bij het drinken sta en andere kinderen mij duwen dan krijg ik op mijn kop. Stomme juf.
Die zomer gaan we op vakantie naar een huisje met een zwembadje. Daar mag ik in spelen en zwemmen. Mijn opa en oma Tekelenburg komen daar ook, dat is leuk. En tussendoor spelen we in het bos. Echt zwemmen mag ik nog niet leren, daarvoor moet ik zes zijn.
Bij mijn opa en oma in 's-Gravendeel kunnen we fijn spelen. Opa heeft karren gemaakt voor ons kleinkinderen. Dus lekker spelen op fietsjes, skelters en met karren. Het is soms wel vechten met mijn neefjes en zij zijn jongens dus die gaan een beetje voor. Opa heeft een tuinderij, er zijn veel kisten om mee te spelen en grote teilen water om in de zon te spelen als mama boekjes en libelles en prinsessen (tijdschriften) leest. Er is ook een mestvaalt en als het heel warm is kunnen we in de schaduw van het zwarte schuurtje zitten. Soms zijn er veel wespen, dan worden er strooppotten gehaald en neergezet om de wespen te lokken.
In die tijd wandelen we op woensdagmiddag naar de bibliotheek in het centrum van Dordrecht. Daar mag ik kinderboekjes uitzoeken. Er zijn van die prachtige boekjes met gouden achterkant, er staan prachtige tekeningen in. Er zijn ook elfenboekjes.
Ik speel ook graag met poppen, soms mag ik ze in de voorkamer in badje doen als mama de strijk doet. En als mama naait en er restjes stof over zijn, mag ik daar soms poppenkleertjes van knippen.
×