Fragment
De belangrijkste fase in de levensloop van een gebouw is de periode waarin het in gebruik is en daarmee zijn doel verwezenlijkt. In die fase vindt het onderhoud en beheer plaats. Het onderhoud en beheer van gebouwen heeft zich in de afgelopen decennia ontwikkeld tot een moderne en op zichzelf staande bedrijfstak. Dat heeft verschillende oorzaken.
Aan het einde van de negentiende eeuw was een gebouw vooral een bouwkundig gebouw. Bij een gebouw dacht men toen vooral aan vloeren, daken, muren, ramen en deuren. Mogelijk gemaakt door technologische ontwikkelingen worden sindsdien in gebouwen in toenemende mate en in toenemende complexiteit werktuigbouwkundige en elektrotechnische installaties toegepast. De ontwikkelingen in de informatie- en communicatietechnologie hebben dat proces nog verder versneld. Een modern utiliteitsgebouw bestaat uit een complex samenspel van talloze specialistische, bouwkundige, werktuigbouwkundige en elektrotechnische componenten. Vooral de installaties vragen onafgebroken zorg om ze in bedrijf te houden. Dat vraagt om een professionele onderhoudsorganisatie.
De afgelopen decennia zijn de eisen die we als maatschappij aan gebouwen stellen steeds zwaarder geworden. Tegelijkertijd heeft diezelfde maatschappij steeds minder tolerantie voor situaties waarin niet aan die eisen wordt voldaan. Wat we vijftig jaar geleden nog normaal vonden, beschouwen we tegenwoordig als onaanvaardbaar. Om aan de steeds zwaardere eisen te voldoen is een professionele onderhoudsorganisatie onmisbaar.
De vraag om servicegerichtheid neemt toe. Het onderhoud en beheer aan gebouwen vindt over het algemeen plaats terwijl ze in gebruik zijn. Deze factor draagt aanzienlijk bij aan de complexiteit van de werkzaamheden. De hedendaagse gebruiker wil zo min mogelijk overlast van het onderhoud ondervinden. Ook accepteert de gebruiker zeker geen onaangekondigde overlast. Een hedendaagse gebruiker vraagt om service. Onderhoudswerkzaamheden vragen om organisatie, afstemming en communicatie, voordat ze uitgevoerd kunnen worden. Zomaar aan de slag gaan, is een praktijk die voorgoed tot het verleden behoort. Een moderne onderhoudsorganisatie is nodig om aan deze uitdaging tegemoet te komen.
Dit boek beschrijft hoe deze organisatie functioneert en welke aspecten de bedrijfsvoering daarvan beïnvloeden. De eerste twee hoofdstukken behandelen de basisprincipes van onderhoud en beheer en de deelnemers in dat proces. Aansluitend volgen de hoofdstukken beleid en vastgoedplan, onderhoudsprogrammering en uitvoering van onderhoud. Deze drie hoofdstukken beschrijven de organisatie van gebouwonderhoud op strategisch, tactisch en operationeel niveau.
De volgende hoofdstukken gaan in op de onderhoudsstrategie, de inkoopstrategie en de onderhoudsorganisatie zelf. Aansluitend volgen de hoofdstukken kostenmanagement, informatiemanagement, mutaties in de vastgoedportefeuille en ongewenste ontwikkelingen. Het boek sluit af met een samenvattende terugblik. Voor de verduidelijking van sommige gebruikte begrippen bevat het boek aan het einde een begrippenlijst.
×