Samenvatting
In zijn korte tragische leven schreef Rutger Cobalt duizenden gedichten waarvan een klein deel bijeen is gebracht in drie dichtbundels. De poëzie van Cobalt leest als een verslag van een zoektocht naar liefde, verbinding, betekenis en zelfkennis. Een zoektocht die dikwijls werd bemoeilijkt door Cobalts strijd om het bestaan en de demonen in zijn hoofd. De vaak duistere dichtbundels, 'dagen van schaamte' uit 2010, 'waar het licht is uitgegaan' uit 2014 en 'zwarte dagen in het paradijs' uit 2017, zijn nu samengebracht in dit verzameld werk. Oeverloos maakt af waar Cobalt in zijn debuut Dagen van Schaamte mee begon; het schaamteloos tentoonstellen van zijn dichterlijke parels en poëtische jeugdzondes waarmee hij de lezer meeneemt naar de pijnlijke, en voor hem uiteindelijk ondragelijke, kanten van het leven. Nu en dan verpakt in wijsheid, humor of verzonnen leed, maar wrang blijft het vrijwel altijd. Pijnlijk tot op het bot.