Samenvatting
In ‘Ode aan de verliezer’ kijkt Alain Verheij met een frisse blik naar de Bijbel. Hoe moet ik leven? Hoe houd ik hoop? Waar vind ik vrijheid? Het zijn vragen van nu, maar ze zijn niet nieuw. De Bijbel staat al vol verhalen waarin zulke levensvragen onderzocht worden, betoogt Verheij. Zijn hervertelling – vol vaart, met humor, empathie en bravoure – begint bij de eerste twee Bijbelse broers: Kaïn en Abel. De eerste is sterk, succesvol, zelfredzaam en assertief. De tweede weet zich helemaal niet te redden. Toch maken de Bijbelschrijvers juist van hem, en van de Abels die na hem kwamen, een held. Het is een van de belangrijkste lessen die de Bijbel ons leert: zie en hoor de Abels, wees niet bang om er zelf soms een te zijn. Heel wonden als de Samaritaan, heb je naasten lief en zelfs je vijanden, heb de moed van Debora en het rechtvaardigheidsgevoel van Mozes. Verheij laat zien dat Bijbelverhalen ons aansporen om oog te hebben voor het kwetsbare: in de wereld, in anderen en in jezelf.