Fragment
Niemand weet waar Igor momenteel is. Na de mislukte
moordaanslag op het leven van de prins, is ook iedere
communicatiestroom doodgebloed. Er zijn verder geen
lichaamsdelen meer bezorgd, een hele geruststelling. Alleen
knaagt de onwetendheid of Igor nog in leven is of
niet. Volgens de inlichtingenagenten van de heer van ’t
Sant, is mevrouw Hedeon Lebedev verdwenen. Het is
onduidelijk waar zij naar toe is, het is aannemelijk dat
zij naar Duitsland is vertrokken om uit handen van de
inspecteur te blijven. Ik vroeg de andere dag aan de heer
van ’t Sant: ‘Wat had u gedaan, mijnheer, als er werd
gedreigd om uw zoon te vermoorden?’ De inspecteur
keek mij indringend aan en antwoordde: ‘ik had mijzelf
van het leven beroofd.’
Het is moeilijk om steeds opnieuw als een dader te worden
behandeld. Ik weet ook wel dat ik geprobeerd heb
om een aanslag op de prins te plegen, maar desondanks
ben ik het grootste slachtoffer. De prins heeft geen
schrammetje opgelopen en was helemaal niet aanwezig
op de beruchte avond. Vanzelfsprekend zijn de dokter,
de heer Borst en anderen gewond geraakt, maar zij hebben
allemaal hun verhaal mogen doen en worden gezien
als stille helden, omdat niemand in de bovenwereld ooit
iets over de aanslag op de prins en het heldhaftige gedrag
van de betrokkenen te horen krijgt. Het is ook allemaal
een kwestie van perspectief: hoe heldhaftig ben je
als je een vrouw van in de vijftig arresteert?
Nu ben ik een marionet in de handen van de poppenspeler
van ’t Sant en misschien word ik ook wel bespeeld
door de poppenspeler Tinsley. Niemand kan mij
vertellen of mijn zoon nog leeft. Het hyfenweb heeft mij
opgeslokt. De kans om mijn leven terug te krijgen is
meer dan klein. In de bovenwereld was er op het oog
weinig veranderd en was ik nog steeds die enigszins excentrieke
vrouw die alleen in de villa van Weleer woonde.
×