Samenvatting
Onze slimste, meest creatieve kinderen en volwassenen worden vaak over het hoofd gezien, verkeerd begrepen en onjuist gediagnosticeerd met een diagnose als ADHD, OCD, ODD of autisme. Bij hoogbegaafden die daadwerkelijk een beperking hebben worden hun talenten vaak over het hoofd gezien. Te veel hoogbegaafde kinderen krijgen onjuiste diagnoses, onnodige medicatie of een niet passende behandeling. Dit meervoudig bekroonde handboek helpt zorgprofessionals en ouders te verhelderen of het vaak eigenzinnige gedrag ten dele voortkomt uit een bepaalde stoornis. Hierbij worden adviezen gegeven voor toepassing van deze kennis in de praktijk. Deze tweede editie is geheel herzien, aansluitend bij zowel de DSM-5 als de ICD-10, en is uitgebreid met hoofstukken over verslaving, auto-immuunproblemen en leerstoornissen. Belangrijke onderwerpen zijn hierbij: • Diagnoses die vaak bij hoogbegaafde kinderen en volwassenen worden gesteld. • Typerende eigenschappen van hoogbegaafde kinderen en volwassenen. • Kenmerken van gangbare misdiagnoses. • Dubbel bijzonder zijn, bijvoorbeeld met hoogbegaafdheid én leermoeilijkheden. • Richtlijnen om misdiagnostiek te voorkomen. • Problemen in de ouder-kindrelatie. • Problematiek bij hoogbegaafde volwassenen. • Het selecteren van een begeleider of zorgprofessional. Deze druk is een vertaling van de nieuwste Amerikaanse druk en de vertalers zijn Nederlandse experts die de informatie hebben omgezet naar de Nederlandse situatie.