Samenvatting
Het ongewone levensverhaal van Nederlands bekendste televisierechter.
Frank Visser groeide op in een katholiek gezin met zeven kinderen dat na de dood van zijn vader in geldnood kwam. Alles in zijn jeugd was katholiek en hij hield ervan, was goed ‘in godsdienst’, al bracht hij al vroeg de leraren in verlegenheid met zijn vragen. In een montere, grappige en ongepolijste stijl neemt Visser zijn lezer mee door zijn leven. Een verhaal van vallen en opstaan, van financiële zorgen, gedwongen verhuizingen, en tegenslag. Verhalen uit een niet-intellectueel milieu, van een moeder die uit nood een café beheert. Maar gaandeweg krijgt Visser kansen, op studie, op een carrière in de rechterlijke macht. Hij slaagt erin om met discipline, doorzettingsvermogen en humor kantonrechter te worden. Om daarna de sprong te wagen naar de televisie. Visser schrijft zijn ervaringen en herinneringen op, en weeft door alles heen zijn kijk op het recht, hoe het werkt of zou moeten werken. Aan zijn vele ontmoetingen met vooral boze mensen probeert hij een positieve wending te geven. Al draagt hij dan een toga, hij voelt met hen mee. Al staan de televisiecamera’s op hem gericht, zijn wens is dat de mensen die voor hem staan vooral zichzelf onder ogen zullen zien. Met vallen en opstaan is een ongewoon levensverhaal van een gewone jongen, die zegt: ‘Boos zijn helpt niet, wel doen wat je kunt. Slikken als het moet, maar gaan als het kan.’