Samenvatting
3 augustus 1992 Eenmaal in hun kantoor gezeten, werd meegedeeld dat uitstel van mijn vertrek niet mogelijk was. Ik bevond me reeds illegaal in het land, en zou nu worden aangehouden. Onder politiebegeleiding kreeg ik de kans om mijn laatste zaken te regelen. Vanavond moest ik Zuid-Afrika met de KLM te verlaten. Ik zei tegen Van de Westhuizen: „You are not even a man. You never told me and are not telling me now, what I am accused of. Are you not ashamed of yourself? You even don’t look me straight into my eyes. I am sure you go as a devout Christian to church on Sunday. Look what you are doing to me.” Hij antwoordde met een stalen gezicht geen verplichting te hebben mij een reden op te geven voor uitwijzing. „Ik voer slechts orders uit,” zei hij ook nog.