Samenvatting
Het is de late zomer van 1982. De 17-jarige Melanie woont met haar moeder in de Noord-Hollandse polder. Haar vader is overleden toen zij nog jong was. Melanie is de deugdzaamheid zelve. Ze werkt hard op school, helpt haar moeder waar nodig en doet vrijwilligerswerk voor de plaatselijke kerk, waar ze ook in het koor zingt. Als zij op een dag tegen de zin van haar moeder in met haar vriendin Esther Amsterdam bezoekt, komt ze bij toeval achter een groot geheim. Ze besluit buiten haar gebaande paden te treden en al liftend door Europa te trekken op zoek naar antwoorden. Met Lissabon als eindbestemming. Gedurende de reis verandert er iets wezenlijks in Melanie. Langzaam verandert ze van een deugdzame tiener in een kwaadaardige vrouw.