Samenvatting
Marjan Teeuwen (*1953, NL) creëert grootschalige architectonische installaties in gebouwen die na haar interventie worden ontmanteld. Ze sloopt en stript, grijpt in op de constructie en structuur en bouwt met het sloopmateriaal een nieuw artistiek beeld op. Op basis van deze installaties ontstaan autonome fotowerken. In haar werk gaat de constructieve kracht van bouwen hand in hand met de kracht van verwoesting en verval. Vloeren zijn scheef gezet of vallen loodrecht naar beneden; wanden zijn er deels of volledig uitgeslagen. Stapelingen van puin vertakken zich als een virus door het pand, ze bedekken alle wanden of zijn zorgvuldig geordend tot architectonische sculpturen. Er is slechts een korte lijn van kunstenaars die in gebouwen snijden, kunstenaars die gebouwen perforeren. Gordon Matta-Clark is de pionier van het transformeren van architectuur tot sculptuur. Ook Richard Wilson en Urs Fisher hanteren soms deze aanpak. Marjan Teeuwen bepaalt haar eigen omvattende en radicale handelwijze. In 2016/2017 realiseert Teeuwen Verwoest Huis Gaza. Door te werken in bezet gebied infiltreert de maatschappelijke context op een krachtige manier in haar werk. De spanning tussen de artistieke en politieke context komt op scherp te staan. Juist door de artistieke context te versterken, vergroot ze de autonome betekenis in deze uitgesproken politiek gevoelige regio. Marjan Teeuwen - Destroyed House toont het werk in Gaza, maar ook de zes andere installaties in de serie Verwoest Huis, alsook de Archief-serie, die zij sinds 2008 maakte. Deze publicatie presenteert in uitgebreide foto-reeksen de polariteit van Teeuwens indringende beelden: herinnering en amnesie; chaos en orde; destructie en constructie; vallen en staan; horror vacui ten opzichte van ruimtelijkheid. De auteurs genereren nieuwe perspectieven op de kunsthistorische, architectonische, filosofische en sociale betekenis van Teeuwens werk.