Samenvatting
Van 1973 tot 1997 was Mariet van Nes (1950) werkzaam bij een luchtvaartmaatschappij. In deze fictieve biografie verwerkt zij haar ervaringen door de hoofdpersoon, Carien de Graaf, haar verhaal te laten vertellen over haar vliegend bestaan. Het boek gaat over de opleidingen, collega’s in de cabine en in de cockpit, passagiers, het werken aan boord, over reizen en het verblijf in het buitenland. Ook het aspect van de vliegveiligheid komt aan de orde. Specifieke aandacht besteedt de auteur aan de invloed van cultureel-maatschappelijk bepaalde rolpatronen, aan het vliegen van de bemanning als team en aan de verbinding van een vliegend bestaan met het leven op de grond. De verhalen spelen tussen 1973 en 2018: het zijn de luchtlijnen en de grondtonen die onlosmakelijk met elkaar zijn verweven. De verhalen over teamgeest, avontuurlijke voorvallen, vliegangst en romantiek schetsen een beeld van de luchtvaart en het werken aan boord in het laatste kwart van de twintigste eeuw.