Samenvatting
Vijf mensen uit verschillende landen – twee vrouwen en drie mannen – zijn door een ogenschijnlijk toeval in hetzelfde etmaal terechtgekomen op een klein eiland in de zuidelijke Chileense archipel. In hun rugtassen zitten, verborgen onder kleding, proviand en overlevingsgereedschap, fragmenten van hun levensloop. Het zesde personage is de liefde. Aan de hand van vijf tevoorschijn gehaalde brokken leven doet de auteur een poging de verschillende stadia en uitingsvormen te beschrijven van het gevoel waarnaar, waar ter wereld ook, het meest intens wordt verlangd, dat bij verlies het meest schrijnend wordt gemist en bij het verglijden van de tijd alleen door berusting draaglijk wordt. Het is niet meer dan een poging. Een eromheen schrijven door stemmen, (droom)beelden, geuren en geluiden op te roepen. Een pentekening van een strand aan het eind van de wereld waarop wrakhout, herinneringen en mogelijk geluk aanspoelen. De liefde is de enige die zich niet te kennen geeft in woorden. Toch is háár levensloop de gouden draad in het eilandverhaal.