Samenvatting
Het aantal kinderen met een leesachterstand groeit de laatste jaren schrikbarend. Goed leren lezen heeft weinig te maken met intelligentie, maar alles met de rijpheid en ontwikkeling van de hersenen. Ook wordt er vaak te snel van uitgegaan dat 'een leesachterstand wel dyslexie zal zijn', wat lang niet altijd het geval is.
Oefenen, en nog eens oefenen, is vaak de aanpak wanneer het lezen achterblijft. Oefenen met lezen heeft echter geen zin als de werkelijke oorzaak van de achterstand niet bekend is. We zouden onszelf vragen moeten stellen als: is een kind in zijn ontwikkeling wel toe aan leren lezen? Hoe is de samenwerking van de ogen? Kunnen zij een rustig beeld creëren zodat de letters stilstaan? En zijn de verbindingen tussen de verschillende hersengebieden die nodig zijn om te kunnen leren lezen voldoende ontwikkeld?
In dit praktische boek wordt uitgelegd hoe kinderen met een grote leesachterstand veel vorderingen kunnen maken. Spelenderwijs leren, letters kleien, de juiste leesbladen om woordstukken te automatiseren, werken met de Lire-kaarten®: dit boek nodigt uit om zelf aan de slag te gaan. Zo wordt lezen een plezier!
Marijke van Vuure heeft meer dan veertig jaar ervaring in het begeleiden van kinderen met leesachterstanden. Als leerkracht in het basisonderwijs ontdekte zij dat er niet genoeg tijd en juiste begeleiding was voor deze kinderen. Zij specialiseerde zich in dyslexie en leesproblemen in het algemeen, startte een praktijk en ontwikkelde haar eigen succesvolle manier van werken. Marijke schreef ook het veelgevraagde boek 'Dyslexie en touwtjespringen'.