Fragment
Het geluid van wapperende gordijnen klonk door haar kamer. Ze sliep normaal nooit met haar raam open, blijkbaar had ze het niet goed dichtgedaan. Haar deken sloeg ze van zich af, waarna ze bibberend het kozijn dichtdrukte. Achter het glas zag ze de bomen hevig op en neer wiegen in de gure wind. Voordat ze weer wilde liggen, tuurde ze nog even in de spiegel naar haar reflectie die raar genoeg begon te kronkelen.
‘Lang niet gezien, prinses,’ klonk een kille stem.
Ze schoof naar voren om te luisteren waar het geluid vandaan kwam. Toen ze vlak voor haar eigen reflectie stond, doemde er een gedaante op in de spiegel. Hij had half-opgestoken, golvende haren en een hoekig gezicht. Zijn donkere uitrusting was versierd met paarse kristallen. Lilly sprong uit reflex een meter achteruit.
‘Wat? Nog niet eens een ‘hoi’? En dat moet de koningin van Fayola worden,’ gniffelde hij terwijl hij zijn handschoen bestudeerde. ‘Zo te zien heeft Eleanor nog flink wat werk aan de winkel.’ Zijn pikzwarte ogen ontmoetten die van Lilly.
‘W-wie ben jij?’
Hij trok beledigd zijn wenkbrauwen op en deed een stap naar voren. Nadat hij zijn knokkels gekraakt had, trad hij met gemakt door de spiegel heen. Honderden scherven kletterden op de grond terwijl hij zijn laars op Lilly’s tapijt neerzette.
‘Och, schat, dat weet je best.’
×