Samenvatting
Het lijkt zo'n klein verhaal. Een zangeres reist na een tournee per trein en bus naar de streek van haar jeugd. Daar bezoekt ze haar moeder en trekt dan verder, per schip ditmaal, naar een gebied dat de 'dode hoek' heet. Het is een soort enclave waar verdreven en gestrande mensen van allerlei nationaliteiten, buitenstaanders en daklozen, een thuis gevonden hebben. Met elkaar vormen ze een soort van tegenmaatschappij. Daar blijkt een kind verdwenen te zijn - en de zangeres wil dat kind terugvinden, uit een verlangen naar haar eigen jeugd en naar verlossing.
Subtiel vertelt Peter Handke het verhaal van die vrouw, dat ook een parabel over een nieuw Europa is. Elf jaar na verschijning heeft het nog niets van zijn betekenis verloren.'Een adembenemend epos over vertrek, verlies, zoektocht en terugkeer.' - Die Zeit